De Gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarder is een openbaar en ministerieel ambtenaar, die voor het leven benoemd wordt bij Koninklijk Besluit

Hij maakt deel uit van de vrije beroepen, en heeft het statuut van zelfstandige.


Er zijn in België zo'n 520 Gerechtsdeurwaarders, evenredig met de bevolkingsdichtheid verspreid over het hele Belgische grondgebied, dat in 26 gerechtelijke arrondissementen verdeeld is.


Hij is verplicht zijn ambt uit te oefenen telkens als hij erom verzocht wordt, behoudens de bij wet bepaalde uitzonderingen.

Deontologie

De gerechtsdeurwaarder moet zich ook houden aan de deontologische regels opgesteld door de vaste raad van de Nationale Kamer der Gerechtsdeurwaarders van België.


De Arrondissementskamers zien toe op de naleving van deze deontologische regels, en kunnen sancties opleggen aan elke Gerechtsdeurwaarder die ze overtreedt, gaande van loutere terechtwijzing tot officiële berisping. Zijn de feiten zeer ernstig, dan wordt het dossier overgemaakt aan het Parket, dat de Gerechtsdeurwaarder voor een bepaalde periode kan laten schorsen of hem definitief uit zijn ambt kan laten ontzetten.

Vóór hij zijn ambt opneemt legt de gerechtsdeurwaarder de eed af zich te zullen schikken naar de wetten en verordeningen van zijn ambt en zijn functies stipt en nauwgezet uit te oefenen.

Beroepsgeheim

Hij is gebonden door het beroepsgeheim en moet de belangen van alle partijen dienen, zowel van de verzoekers als van de verweerders.

Aansprakelijkheid

De gerechtsdeurwaarder kan - tegenover alle betrokken partijen - aansprakelijk zijn op drie niveaus : strafrechtelijk, burgerrechtelijk en/of tuchtrechtelijk. Heeft hij een fout of een vergissing begaan in de uitoefening van zijn ambt, dan kan hij niet enkel veroordeeld worden tot betaling van een schadevergoeding, maar kan hij desgevallend ook tuchtmaatregelen oplopen, met name geschorst of afgezet worden.


De gerechtsdeurwaarder is verzekerd voor zijn burgerlijke aansprakelijkheid tegenover de gedingvoerende partijen.